Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) heeft onze continue aandacht. Zo volgen we op het gebied van recyclebaarheid het Purfi-project. Daarnaast hebben we als doel gesteld om onze veiligheids- en brandwerende kleding binnen tien jaar 50% circulair te produceren. Dit is geen overambitieus vergezicht, maar een onderbouwde verwachting.
Omdat we zelf producent zijn, met volledige regie over wát en hóe we produceren, hebben we grote invloed op de kledingstukken waarmee we deze doelstelling gaan behalen. Hierbij kunnen we niet zonder de kennis, het vakmanschap en de medewerking van leveranciers, afvalverwerkers én klanten. Daarnaast maken we gebruik van adviserende en onderzoekende instanties, die ons van de juiste informatie voorzien.
Zo werken we op het gebied van de hergebruikmogelijkheden van onze multinorm-kleding samen met Concordia Partners. Vanuit de uitgangspunten van het Purfi-project – het verjongen van vezels voor een circulaire wereld – wordt met nieuwe technologieën brandwerend garen gewonnen uit ‘post-industrial’, ‘pre-consumer’ en ‘post-consumer’ afval. In 2021 hebben we de eerste stap gezet op het gebied van post-industrial, door snijafval te verwerken in voeringen.
2022 en 2023 staan in het teken van pre-consumer afval. In deze fase maken we van snijafval nieuw hoogwaardig, brandwerend garen, waarmee we nieuw doek produceren. Hiermee fabriceren we dan nieuwe multinorm-kleding. Vanaf 2025 gaan we van ingeleverde en opgeslagen multinorm-kleding nieuw garen maken. Hiermee produceren we nieuwe doeken, waarmee we volledig nieuwe multinorm-kleding gaan maken. Dit is het gebruikmaken van post-consumer afval.
Om onze klimaatimpact te verminderen, werken we volgens deze doelstellingen:
1. De levensduur van onze producten verlengen door hoogwaardige kwaliteit te leveren;
2. Kleding en materialen zo (her)ontwerpen dat deze in de toekomst makkelijker hergebruikt kunnen worden;
3. Een zo hoog mogelijk percentage stoffen en fournituren gebruiken van secundaire, gerecyclede grondstoffen, en zoveel mogelijk natuurlijke mono-materialen;
4. Inzetten van voorraden die bij ons of bij leveranciers liggen opgeslagen (‘hibernating stocks’);
5. Indien secundaire grondstoffen niet verkrijgbaar zijn, dan gebruiken we zoveel mogelijk duurzame, alternatieve vezels uit primaire grondstoffen.
Daarnaast hebben we regelmatig contact met onze leveranciers om op de hoogte te blijven van de laatste marktontwikkelingen inzake het verlagen van de milieu-impact en terugdringen van de CO2-uitstoot. Deze ontwikkelingen integreren we zo snel mogelijk in de productie van onze kleding.